Mandeligheid
Mandeligheid is een bijzondere vorm van gemeenschappelijk eigendom, die tot gemeenschappelijk nut strekt van twee of meer erven. Mandeligheid kan ontstaan op grond van een rechtshandeling, wat betekent dat eigenaren van twee (of meer erven) notarieel laten vastleggen (gevolgd door inschrijving in de openbare registers) dat er sprake is van gemeenschappelijk eigendom van een onroerende zaak.
In een aantal gevallen bepaalt de wet dat er sprake is van mandeligheid. Een vrijstaande scheidsmuur, een hek of een heg is immers volgens de wet gemeenschappelijk eigendom en mandelig, indien de grens van twee erven die aan verschillende eigenaars toebehoren, er in de lengterichting onderdoor loopt. Dat geldt ook voor een scheidsmuur die twee gebouwen of werken, die aan verschillende eigenaars toebehoren, gemeen hebben.
Artikelen 5:60 en verder van het Burgerlijk Wetboek bepalen waar (mede) eigenaren van een een mandelige zaak aan dienen te voldoen en in hoeverre eigenaren bijvoorbeeld dienen bij te dragen aan onderhoud, reiniging en vernieuwing van een mandelige zaak. Ook bepaalt de wet in welke gevallen de mandeligheid ten einde komt.
In de rechtspraak blijkt dat er veel discussie kan ontstaan over met name het onderhoud en herstel/renovatie van mandelige zaken en over de vraag in hoeverre de ene eigenaar de andere eigenaar kan dwingen om wel of niet te moeten meewerken (en bijdragen in financiële zin) aan onderhoud/herstel van de mandelige zaak.
De specialisten van Vangoud hebben veel ervaring in het adviseren en procederen over mandelige zaken. Mocht u vragen hebben, neem gerust contact op.